Lichtblauwe gordijnen langs de ring.

De lichtblauwe gedrapeerde gordijnen (ont)sieren nog steeds de ramen van wat ooit onze slaapkamer was. Wanneer ik toevallig voorbij rijd vallen zij het eerst op. Dan pas het balkon met de roestige balustrade.

gordijn

Toen ik de gordijnen zo ’n 20 jaar geleden ophing had ik er al een bloedhekel aan. De combinatie van gedrapeerd lichtblauw kunst-satijn en de doorzichtige vitrage vloekten zoals alleen duivels in wijwatervaten dat kunnen.  Net zoals wij zelf waren de voile draperieën en roze overgordijnen fake, nep en kitscherig.  Ze hadden, zo bedenk ik me nu, destijds het doel een soort van Holly Hobbiesfeer te creëren en zorgden voor sfeer van kuisheid en fatsoen. Een soort van zedigheid en sereniteit die hevig contrasteerden met mijn hitsigheid en tempramentvolle geestdriftigheid.

De gordijnen waren in mijn ogen functioneel om vleselijke lusten te temperen. Althans zo heb ik het toen altijd ervaren. Wellicht daardoor dat ik er zo’n bloedhekel aan had.  Nu nog steeds.  Kutgordijnen, maar dat durfde ik toen zo niet zeggen.

Het herenhuis langs de ring staat al 17 jaar leeg en lijkt een beetje spookachtig. De gordijnen hebben de tand des tijds nog net overleefd en hangen er nog steeds op dezelfde manier zoals op de dag dat ik er de deur achter mij dichtsloeg.

Onze relatie is het anders vergaan.Daar schiet niets meer van over…

Persoonlijk wijt ik dat aan onderdrukte hitsigheid en passie te veel Holly Hobbie en overdadige zedigheid en sereniteit maar er zullen wellicht nog wel andere redenen zijn voor het scheeflopen. Misschien lag scheef lopen zelf aan de basis van het scheeflopen of was het er een gevolg van.  Dat weet ik niet meer en dat laat ik in het midden.

Een ding is wel zeker de gordijnen hebben er geen goed aan gedaan.