Links, flinks of slinks. Zeg het maar!

In zaal Volksbelang heerste een feestelijke drukte. Zoals elk jaar was het volkshuis het strijdtoneel van het rode verzet tegen de verdrukking. Mannen en vrouwen zagen er allemaal hetzelfde uit. Allen hadden ze een rode roos of een rode duim op de revers van hun zondagse kostuum gespeld.
Rode vlaggen en wimpels werden van onder het stof gehaald om alle noodlijdende “broeders in armoede” een hart onder de riem te steken. Zelfs de 1 meiochtend kleurde destijds solidair bloedrood toen de bond der rechtvaardigen in een lang gerekte processie de straat opkwam om erin gesloten slagorde hun ‘maatschappelijke onderdrukking’ kracht bij te zetten.

Vandaag is de sfeer anders. De zaal loopt minder vol dan toen, maar is nog steeds bezaaid met mensen die zichzelf identificeren met socialistische idealen, al dan niet meegezogen in een onderstroom van groeiende twijfel en nakende onzekerheid.

Het pad van vooruitgang lijkt te kronkelen met “flinkse” afbuigingen naar rechtsere wegen. Aan de verleiding om het rechtsere centrum te veroveren kan niet altijd door iedereen worden weerstaan. De traditionele achterban, in die tijden verenigd in één partij, in één mutualiteit en in één rode vakvereniging was een standvastig gegeven. Vandaag is deze eenheid meer dan ooit versnipperd en lijkt ze te schommelen tussen verschillende politieke stromingen. Sommigen trokken naar extreem-linksere oorden, zoals de PVDA of naar gematigdere Groene terwijl anderen zich aangetrokken voelen tot het comfort van het veiligere centrum of erger, van uiterst rechts.

De recente “flinkse” of eerder “slinkse” uitspraken van Conner Rousseau, tot niet zo lang geleden de lang verwachte charismatische leider van Vooruit, hebben deze spanningen op de spits gedreven. De controversiële “zattemanspraat” en zijn bereidheid tot minder progressieve compromissen hebben twijfel en tweestrijd veroorzaakt binnen de socialistische gelederen. Traditionele socialisten zien dit als een soort verraad aan hun linkse wortels, terwijl anderen geloven dat het een noodzakelijke aanpassing was om relevant te blijven in een steeds rechtser wordende politieke omgeving.

Socialisme, ooit de enige beweging van de werkende klasse, sprak met een krachtige stem namens “de ontwaakte onderdrukten”. Nu lijkt het alsof alle rode hakken niet meer in het zand staan, met de neuzen gekeerd naar alle windrichtingen. De progressieve fundamenten zijn losser geworden, de lijn tussen ideologie en pragmatisme vager.

King Conner’s provocerende benadering weerspiegelde de lastige uitdaging van het socialisme in Vlaanderen, met als inzet vasthouden aan traditionele waarden en achterban of meegaan met de stroming naar het politieke rechtse centrum. Waar ergens zitten de grootste groeikansen?

1 mei is een hoogdag, maar ook een tijd van reflectie en bezinning. Zal Vooruit met Melissa voorop opnieuw een vuist kunnen maken voor rechtvaardigheid, gelijkheid, en solidariteit, of zal ze meegaan in de rechts georiënteerde politieke mengelmoes, waardoor de ideologische identiteit uiteindelijk zal worden opgeslokt door een rechtsere realiteit waarbij onhaalbare coalities en onmogelijke compromissen onvermijdelijk zijn?

Op 1 mei is het meer dan ooit vooruit of achteruit? Zegt u het maar!