Verleden als schatkist voor de toekomst.

 

 

Deze nacht is niet zo donker als de meeste andere nachten want de volle maan kleurt de zwarte duisternis grijzer. De slaapkamer is broeierig zwoel en ik proef de zilte warmte die de opgedroogde zweetparels achterlaten op mijn lippen. Tussen twee zuchten door deemster ik weg. Slapen kan je het niet noemen. Ik draai mijn hoofdkussen nog eens om in de hoop dat de andere kant wat koeler is. Het valt tegen. De ramen staan wijd open en donderwolken die onderling strijd lijken te voeren voor het wijdste luchtruim, doen me opschrikken uit mijn deemstering. Als er al een vlaag in zit zal ze niet voor hier zijn, denk ik slaperig wakker. Ik wil de drukkende warmte negeren maar het lukt me moeilijk.

“Als ik een probleem zelf niet kan oplossen, neem ik er afstand van”. Is dat niet wat ik steeds opnieuw kwek wanneer ik anderen probeer te overtuigen om dingen los te laten. Want, je bezig houden met zaken waar je geen impact op hebt is tijdverspilling. Dat brengt toch geen zode aan de dijk. Dat predik ik toch steeds overtuigd en vastberaden!

Maar mijn eigen levenswijsheden lijken in het niets te vervallen wanneer het zwoel en plakkerig is. Dan tellen ze niet. Of toch?

Niets is zo langzaam en kostbaar als persoonlijke ervaringen. Geen enkel schrander mens zal ooit beginnen te experimenteren als hij het met kans van slagen, kan leren van iemand anders? Toch? Dus doe ik maar wat me door anderen is wijsgemaakt of opgedragen. Omdat zij het al met succes gedaan hebben.

Vroeger zou ik opstaan. Om te drinken, om te roken of om te gaan plassen omdat ik te veel gedronken had. Niet dat het me hielp. Want uren later had lag ik nog te rollen en te puffen.  Nu niet. Ik houd me stil en denk aan gesprekken die in de dag passeerden. Aan de gesprekken met mensen die vruchteloos de dingen naar hun hand probeerden te zetten om ze te controleren of om ze te veranderen. Het was hen niet gelukt en het zou hen niet lukken. Nooit. Ze blijven met frustraties, woede of verdriet achter. In die val trap ik niet meer want anders worden fouten uit het verleden geen schatkist voor de toekomst!

Om zeven uur werd ik gewekt door de klokradio en het weerpraatje van Sabine die waarschuwde dat het vandaag nog zwoeler zal worden. Ik geeuw de plakkerigheid van me af en neem een duik in een plonsbadje dat veel te warm is om er in af te koelen. Maar dat zal ik ook wel overleven.

Overmorgen geven ze regen!