Waarom denk jij dat er nog steeds zo clichématig over alcoholisme wordt gedacht en dat er zulk vooroordeel op rust?
Om die vraag correct te beantwoorden en om er misverstanden over te vermijden, denk ik dat het best is om het voorafgaand eens te raken over een aantal begrippen. De eerste vraag die je jezelf dan kan stellen is, wat is een alcoholist? Volgens mij is een alcoholist iemand die dikwijls en dwangmatig te veel drinkt waardoor de gezondheid en datgene wat als normaal sociaal functioneren beschouwd kan worden, helemaal verstoord raakt. Volgens dezelfde definitie is een alcoholist iemand die geestelijk, lichamelijk en emotioneel afhankelijk is van alcohol en niet in staat is de hoeveelheid alcohol die hij/zij gebruikt te controleren, zelfs niet indien dit voor relaties, thuisomgeving, werk, gezondheid en zichzelf destructieve gevolgen heeft. Misschien stuit ik met deze bewering op onbegrip maar ik geloof echt dat alcoholisme een chronische en dodelijke ziekte is waarop een eenzelfde taboe rust als op kanker. Mensen spreken daar ook niet graag over. Misschien heeft dat te maken met het feit dat ‘normale’ mensen (als die al bestaan), mijn ziekte niet kunnen begrijpen. Of misschien is het omdat alcoholisten in hun diepste crisis destructief en narcistisch handelen en steeds opnieuw een diep slijkspoor achter zich trekken en een oorlogsgebied achterlaten, dat zo neerbuigend over alcoholisten gedacht wordt. Ik kan getuigen dat mensen die dicht bij me stonden ook zo over mij dachten. Achteraf beschouwd verdiende ik al die vreselijke dingen wel, omdat ze helemaal waar zijn. Zo dat hebben we gehad.
Maar alcohol zit toch in onze cultuur ingebakken. Je maakt je toch niet populair of sympathiek met de stelling dat iemand die niet kan stoppen na een paar glazen je hem of haar onmiddellijk als alcoholist kan beschouwen. Daarmee maak je het probleem wel heel erg groot, toch?
Ik zal dat niet tegenspreken, maar het is niet omdat de conclusie niet populair is dat de analyse verkeerd is. Naar schatting, en ik zeg dat niet zelf hoor, het is de Wereldgezondheidsorganisatie die deze cijfers onlangs publiceerde, kampen op wereldschaal ongeveer honderdvijftig miljoen mensen met een uit de hand gelopen alcoholgebruik.
Wist je trouwens dat alcohol wereldwijd jaarlijks ongeveer twee miljoen mensen doodt, waaronder driehonderdduizend jongeren? De meeste doden vallen natuurlijk te betreuren bij ongevallen waarbij alcohol in het spel is, maar ook kanker, levercirrose of hart- en vaatziekten eisen hun tol. En dan heb ik het niet eens over al die mensen die door langdurig alcoholmisbruik slachtoffer werden van het syndroom van Korsakov. Dit is een aandoening waarbij een gedeelte van de hersenen (het autobiografisch en het semantisch geheugen) door langdurig alcoholmisbruik onherstelbaar beschadigd raakt. Daardoor hebben deze mensen moeite met het opslaan, vasthouden en terughalen van informatie en raken zo helemaal verstrikt in hun tijdszones. En dan heb ik het niet eens over beschadigde relaties, over familiaal geweld of over fout gewoontegedrag dat geprojecteerd wordt op kinderen waardoor ze drinken als normaal gaan beschouwen. “Jupiler, mannen weten waarom.” Je weet wel…
Voor wat Vlaanderen betreft schat men dat ongeveer dertig procent van de mensen op een bepaald moment in hun leven te maken kreeg met overmatig alcoholgebruik. Dus ja, die cijfers zijn best wel beangstigend. Maar om op je vraag te antwoorden, ja ik weet dat ik me niet populair maak door te stellen dat overmatig alcoholgebruik een sluipmoordenaar is. Ik hoop dat je me die stelling niet kwalijk neemt.
Neen hoor, want dan hadden we dit gesprek niet. Wanneer wist je eigenlijk zelf dat je een alcoholist was? Sta je daar dan op een dag mee op, of zo? Hoe gaat dat dan precies?
Dat is een lastige maar interessante vraag, de vraag van duizend punten, zeg maar. Natuurlijk weet je zelf best wel dat er iets niet klopt wanneer je jezelf nog maar eens betrapt op het feit dat je niet overweg kan met een vol of met een leeg glas. Diep van binnen weet je dat wel. Dat toegeven is nog iets anders natuurlijk. Maar alcoholist worden is geen big-bang, daarom dat ik je daarstraks zei, hij is een sluipmoordenaar met veel tijd en veel geduld, in de veronderstelling dat hij mannelijk is, natuurlijk. Wat hij niet is, trouwens. Hij neemt gewoon de vorm en het geslacht aan dat hem/haar past en kiest het moment waarmee hij/zij raak kan treffen. Hij/zij mist zelden. Wanneer iemand het breekpunt bereikt heeft waardoor de keuze niet meer kan gemaakt worden tussen drinken of stoppen zonder dat externe factoren hem daartoe dwingen, is dat signaal aannemelijk dat je te maken hebt met een alcoholist. Ik denk dat ik al heel lang wilde stoppen. De verbroken beloftes aan mezelf, “morgen stop ik” en “nu nooit meer” zijn ontelbaar. Diep van binnen wilde ik ervan af, en toch, ondanks alles wat ik probeerde lukte het me niet. Puur op eigen wilskracht ging het niet. Ik wist niet dat ik een alcoholist was en die onwetendheid heeft mij jaren van mijn leven gekost, wellicht de beste. Nu weet ik dat die machteloze ontkenning een van de gemeenste symptomen van mijn ziekte is en ja, alcoholisme is een ziekte, en wellicht de enige die je er voortdurend van probeert te overtuigen dat je het niet bent.
Dat is een hele boterham. Zou het je lukken om alcoholisme in één woord te omschrijven?
Oei, die vraag heb ik nu nog nooit gehad. Misschien, schaamte, of afhankelijkheid? Neen, doe maar machteloosheid.
Je hebt nu zelf bijna negen jaar geen alcohol meer gedronken, maar heb je enig idee wanneer de machteloosheid waar we het daarnet over hadden, voelbaar werd? Ik bedoel, kan je uitleggen wat er precies aan de oorzaak lag van het feit dat “veel drinken” omsloeg naar, en hoe zei je dat ook alweer, in “dwangmatig drinken”? Wanneer ben je dan juist de controle over jezelf verloren?
Ik zei je al dat alcoholisme geen big bang is en dat afhankelijkheid iets is dat zich traag opbouwt. Dus precies aanwijzen wat aan de oorzaak ligt, of waar ik de controle verloren ben… ik denk niet dat ik daar een pasklaar antwoord op ken. Ik ben ook niet zeker of het antwoord op die vraag zo belangrijk is. Wat ik wel weet, is dat ik op een bepaald moment een lange tijd thuis zat omwille van een ongeval. In die periode ben ik wel heel erg veel beginnen drinken. Luister, ik heb al heel veel alcoholisten gesproken en in hun verhaal zit een rode draad. Op een bepaald moment hebben ze allemaal door langdurig en overmatig drinken een onzichtbare grens overgestoken waardoor het natuurlijk beloningssysteem onherstelbare schade opgelopen heeft. Psychiaters en dokters kunnen dat allemaal veel beter uitleggen dan ik, maar wat ik ervan begrepen heb, en ik moet nu heel erg diep nadenken vooraleer ik onzin uitkraam, komt het erop neer dat de huishouding van onze neurotransmitters (dopamine, endorfine, serotonine en oxytocine, gelukhormonen zeg maar) die verantwoordelijk zijn voor ons immuunsysteem en ons natuurlijk gevoel van euforie en welbehagen, (zie het als ons natuurlijk beloningssysteem maar ook als sociaal interactiesysteem) door overmatig alcoholgebruik onherstelbaar verstoord raakte. Hierdoor ontstaat onweerstaanbare afhankelijkheid. Het gevolg daarvan is dat verslaafden constant op zoek zijn naar een kunstmatige roes die als vervanging dient van dat natuurlijk beloningseffect. Dat is ook de hoofdreden waarom ik alcoholisme als een ziekte bestempel.
Bon, maar om het dus in mensentaal te vertellen, allen overschreden ze een onzichtbare grens waardoor ze niet meer konden stoppen met drinken, ondanks het feit dat ze niets liever zouden willen. De rem is kapot en de bodem is bereikt. Iedereen heeft een andere bodem. Ik denk dat ik de mijne heb bereikt in de periode na mijn ongeval.
Dat van die bodem dat versta ik, denk ik niet zo goed… kan je dat op een andere manier uitleggen?
Snap je nu dat aan een niet-alcoholist uitleggen wat het betekent om alcoholist te zijn, verdomd moeilijk zo niet onmogelijk is en waarom er zoveel vooroordelen en taboes rond bestaan? Maar ik zal proberen iets duidelijker te zijn. Voor mij was het een niet langer uit te houden waanzin om te ontdekken dat drinken belangrijker geworden was dan al de mensen die om mij gaven en mij ooit graag gezien hadden. Dat ik hen door mijn zuipen, steeds maar weer opnieuw, heel veel leed en pijn bleef doen ook al wou ik dat niet. Alle alarmbellen gingen af toen ik op het punt stond om al datgene waar ik om gaf (of beter gezegd al datgene waar ik vroeger om gegeven had) definitief dreigde kwijt te spelen, partner, kinderen, werk, eigenwaarde, zelfrespect, levenslust enzoverder. Dat ik in mijn eigen schaduw bleef zitten om me daar te beklagen dat ik de zon niet meer kon zien. Maar het was wel een goede vraag. Ik weet niet of je het helemaal kan begrijpen maar laat het me zo proberen zeggen, wat precies de bodem is, is moeilijk te bepalen, en ik denk dat elke alcoholverslaafde ooit op een punt komt dat hij zijn eigen bodem kiest, maar geloof me maar, dat je heel goed weet wanneer je hem bereikt hebt. Dan heb je geen bewijzen meer nodig. Dan is de peer rijp en is ze klaar om van de boom te vallen.
Je noemt jezelf alcoholist. Ik ken veel mensen die die bekentenis niet aandurven. Daar is wel wat moed voor nodig. Vind je het dan geen beschamend etiket om jezelf als alcoholist te bestempelen?
Neen, integendeel dat zet mijn nuchterheid net in een heel ander perspectief. Toen ik een dronkaard en een zuiplap was, had ik alcohol nodig om te vluchten van wie ik geworden was. Sinds ik mezelf alcoholist noem, heb ik geen druppel meer gedronken en sta ik iets stabieler. Pas op, mijn leven is nog steeds chaotisch maar door te stoppen is de chaos in mijn hoofd overzichtelijker geworden. Kijk, veel mensen hebben een misvatting over alcoholisme en weten niet dat het wel degelijk een ziekte is, waarmee uiterst goed te leven valt, zolang je dat eerste glas maar niet neemt. Zij zien alcoholisten als zwakke mensen zonder wilskracht. Ze hebben geen idee dat het een ziekte is en zijn ervan overtuigd dat het een morele keuze is. Dat is net de reden waarom ik er hier met jou over praat, maar ik ben ook geen masochist die tegen iedereen die hij ontmoet zegt, “he miszie je niets aan mij, ik ben een alcoholist.” Ik probeer nederig te zijn en het niet van de daken te schreeuwen, hoewel ik dat in mijn euforie soms wel gedaan heb, en soms nog doe. Maar schaamte? Neen, die voel ik niet meer. Vroeger had ik een huizenhoog probleem maar daar heb ik iets aan gedaan en het heeft me gevormd tot wie ik vandaag ben. Het enige wat ik echt kan doen om mensen die met zichzelf en met alcohol in de knoop liggen (dat gaat vaak samen) is nuchter te blijven. Dag per dag. Om te proberen het leven zo goed mogelijk te leven op de manier die ik door te stoppen met drinken geleerd heb en zo te inspireren om het ook te proberen. Dat werkt het beste voor mij.
Ik word er een beetje stil van… Hoe moeilijk is het om nooit meer te kunnen drinken? Het idee alleen al lijkt me afschuwelijk. Wordt het niet allemaal een beetje saai?
Nu ik erover nadenk, nooit meer is wel erg lang, he. James Bond zei het al, never say never again. Ik ben niet slimmer of leper dan James Bond dus ik zal nooit beloven om nooit meer te drinken. Dat zou trouwens pure zelfoverschatting zijn. Wat ik wel weet is dat ik nooit meer naar dat vroegere leven terug wil. Maar dat is geen antwoord op je vraag. Ik denk dat ik als volgt probeer te leven: gisteren is definitief voorbij en morgen bestaat nog niet, waarom me dan vandaag (de enige dag waar ik zeker van ben) al zorgen maken? Zolang ik dagelijks de dingen doe waar ik me comfortabel bij voel en niet al te veel op de zaken vooruitloop, te veel hooi op mijn vork neem of alleen maar tijd in mijn eigen hoofd doorbreng, lukt dat relatief gemakkelijk. Ik probeer met te omringen met mensen die bij me passen en tracht het me zo gemakkelijk mogelijk te maken. Maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat stoppen met drinken altijd zo simpel is geweest dan ik het nu in een paar zinnen voorstel. Stoppen met drinken heeft lang niet al mijn problemen opgelost. Het leven overvalt me nog dagelijks, maar zolang ik nuchter blijf, is de kans dat ik een goede dag kan hebben, ongeacht wat er gebeurt, zoveel keer groter dan wanneer ik nog zou drinken. Dan heb ik zelfs die kans niet. Niet meer drinken is een heel bewuste dagelijkse keuze geworden. Door opnieuw te drinken zou ik me die keuze ontnemen, dan zou alcohol mijn leven weer opnieuw helemaal overnemen. Ik weet dan ondertussen al hoe mijn dag zou verlopen mocht ik terug beginnen drinken. Dat is me al te vaak bewezen. Ik heb de belofte nooit kunnen waarmaken om maar één glas te drinken. Daar is door te stoppen met drinken niets aan veranderd en dat maakt die keuze dan weer iets gemakkelijker. Dezelfde dingen doen in de hoop dat ze een ander resultaat krijgen is wat ik vroeger deed. Dat was niet het beste plan. Heeft James Bond dat trouwens ook niet gezegd? Hij drinkt wel af en toe wel een Martini-Wodka met een olijf, shaken not stirred. Als alcoholist, heb ik die optie niet. Eén zou nooit genoeg zijn. Al te dikwijls heb ik gezien hoe alcoholisten die dit geprobeerd hebben, horen vertellen hoe snel hun leven terug uit elkaar viel en hoe snel ze weer in oude drinkgewoonten hervielen. Meestal erger dan het ooit geweest is omdat ze de drang voelden om “de verloren tijd” in te halen. Ik wil me nooit meer zo voelen. Dus één drankje is voor mij uit den boze. En ja, ik kan er niet omheen, nooit meer, maar dat duurt maar één dag hoor.
Maar toch een beetje saai?
Dat scheelt eraan hoe je saai en oppervlakkig of spannend en betekenisvol definieert. Saai is een te groot woord. Mijn leven is zeker veel rustiger, maar dan rustig op een rommelig-chaotische manier.’ Het moet allemaal niet meer. Ik heb niet langer het gevoel dat ik iets mis. Ik hoef niet meer zo nodig in een hokje te passen. De pieken en de dalen zijn een beetje afgetopt. Daardoor kost het me minder energie om de dag door te komen. Ik hoef me niet meer te verdoven om de volheid van het leven te ervaren.
Maar ik zie het ook niet als een opdracht om de wereld te redden van de pint. Niet iedereen die drinkt, of veel drinkt, is een alcoholist. Ik kan alleen spreken over wat mijn ervaring is, en voor mij is die pint mijn grootste allergie. Giet alcohol in het lichaam van een niet-alcoholist en kijk wat er gebeurt. De kans is groot dat er helemaal niets gebeurt. Wanneer je echter alcohol in mijn systeem giet zal je getuige zijn dat een complete ramp zich voor je ogen ontvouwt. Dan kies ik liever bewust voor dat rustig rommelig-chaotische misschien een beetje saaie leven.
Gevoelens ervaren zonder de effecten van alcohol was nieuw, zeker in het begin. Ik heb veel mensen gehoord die het daar moeilijk mee hadden. Maar zelf heb ik dat niet zo ervaren. Ik vond het allemaal spannend om mezelf te herontdekken en weer te leren voelen. Al ben ik me ervan bewust dat dit niet voor iedereen geldt. Ik heb geluk gehad, denk ik. En dat geluk om aan het eind van de dag terug te kijken en te kunnen zeggen: Het was een goede dag. Niet geweldig. Niet spectaculair. Niet slecht. Gewoon oké.
Daar zit heel veel in om dankbaar voor te zijn.