Zij vult zakjes met rode hartjes-snoepjes en schrijft geparfumeerde briefjes met snoezelig versierde krulletjes. Samen met haar pollekesvasthoudende Don Juan droomt ze van verre reizen en van schattige kindertjes met roze strikjes. Ze spelen, chatten, skypen en chillen maar kussen vinden ze vies. Zeker op de mond… Ieeuww!
Zielroerend delen ze zelfgebakken zandkoekjes en blozen doddig donkerrood als ze er in hun schattigheid toevallig mee betrapt worden. S’ avonds worden dan al de lieftalligheden sierlijk-zorgvuldig netjes bijgeschreven in het roze dagboekje dat kort na het verplichte dagelijkse schrijfwerk argwanend achter slot en grendel verdwijnt. De uitgewisselde naar kauwgom-ruikende knuffels en de halve-harten-sleutelhangers eerst allemaal op hun plaats, passend in een minitieus uitgekiend slaapritueel…
Nummer 2 is ook verheven tot het rozewolkendom. Uur en tijd worden vergeten omdat fladderende vlinders en opspelende hormonen elke andere te verwachten actie bemoelijken. De spiegel, de deo, de zeep, de tandenborstel en de wax, ooit gezworen vijanden, werden plots de trouwste bondgenoten. Netjes uitgeborsteld en opgeblonken worden alle onvolkomenheden elke dag zorgvuldig weg geflost. Soms echter durft een hardnekkige meeëter of een vulkaanachtige puist de geacteerde overmoed of de gemaakte zelfzekerheid wel even de kop in drukken maar dat duurt nooit lang.
Het hemd bij de pull. De pull bij de broek. De broek bij de kous. De kous bij de schoen. Alles bijeen passend in de onbegrijpelijke puberharmonie. Zelfs de keuze van de boxershort krijgt de nodige aandacht. Al slingert die nog steeds dikwijls dagenlang vuil rond alvorens de weg naar de wasmand te vinden. Tenzij zij komt….
De derde zit in level 3 van de playstation van het leven en zoekt zelfzeker, doelbewust en vastberaden verder. Planmatig en groothartig pakt hij op zijn manier alles aan wat zich aandient. De prioriteiten iets anders gesteld dan rozige hartjes of vuile onderbroeken. Al dan niet in de mand. Nog niet precies wetend waar naartoe timmert hij iets minder overmoedig dan nummer 2, met val en opstand, al bierpongend aan zijn weg. Het hart op de juiste plek. Eerst het ene, dan pas het andere…
En ik? Ik kijk dan toe. Soms als toeschouwer dan weer als trouwe te fanatieke supporter. Of als strenge arbiter of trainer. Gele kaart?
En dan… dan blik ik ook wel eens nostalgisch terug naar de tijd toen ik zelf nog op een speelveld stond. Toen ik me bijgelovig afvroeg of die tot op de draad versleten, rood wit gestreepte boxershort die ik ritueel droeg me wat bijval zou bij brengen of niet? Goal of op de paal?
Of dan denk ik terug aan die maandagmorgen van het 5e studiejaar toen ik stiekem met mijn in de plooi geperste zondagse broek, mijn geruit debardeureke en mijn zandkoekje in zilverpapier indruk probeerde maken op Anneke met de blonde paardenstaart die bijeen geknot werd door 2 rode kersen.
Het leven … het gaat een gang…